Er is iets raars met me aan de hand. Er klopt iets niet. Eigenlijk ben ik heel gemakzuchtig.
Zeg maar lui. Maar iets in me jaagt me altijd op. Zegt dat ik moet gaan opruimen.
Stofzuigen. Poetsen. Ramen zemen. Ik verzet me daar tegen, want ik heb daar geen zin in.
Geen tijd voor. Geen energie. Maar dan word ik doodmoe van die stem van binnen, die
maar door blijft drammen.
Dit soort tegenstrijdige kanten in ons, ze kunnen ons het leven behoorlijk zuur maken. Nora
wordt er moe en onrustig van. Ze heeft veel last van een Drammer of Opjager, die haar
geen rust gunt. Maar ook haar Gemakzuchtige kant laat zich horen.
Nora benoemt het als ''er klopt iets niet''. Ze snapt niet hoe ze tegelijkertijd gemakzuchtig
kan zijn, maar toch ook ijverig en braaf. Dat gemakzuchtige, dat is hoe ze is. Althans, dat is
wat ze beweert. ''Ik ben gewoon een lui monster''. Toe maar. Er is duidelijk ook nog een
Innerlijke Criticus actief.
''En die opjaagstem, dat ben ik echt niet zelf. Die zegt allemaal dingen die ik niet wil horen.
Vooral als ik eindelijk eens lekker wil gaan zitten. Dat lukt dan dus niet.''
Hoezo eindelijk lekker gaan zitten? Zit je dan niet de hele dag te niksen? Je bent toch zo lui?
Dat zijn de vragen die ik Nora stel.
Nora heeft een gezin en een baan. Ze werkt part-time als administratief medewerkster bij
een garagebedrijf en dat vindt ze leuk. Ze is ook voorleesmoeder op de school van haar
kinderen. Van alles ondernemen met haar kinderen vindt ze ook leuk. Bovendien houdt ze
ook van koken en bakken.
Hoezo een lui monster? Bezige bij zou een betere omschrijving zijn.
''Ja, maar'', zegt Nora, ''Ik kan ook echt goed lui zijn. Lekker lezen op de bank. En ik zit heel
graag in de zon. Gewoon te zitten. En ik heb een hekel aan schoonmaakdingen. Poetsen,
dat haat ik."
En daarom is haar Opjager meteen paraat, als ze lekker wil gaan zitten. Die gaat haar
vertellen wat er allemaal moet gebeuren. Die was moet nog gevouwen worden. En kijk
eens hoe vies die ramen zijn. De storm van vorige maand is nog steeds te zien.
En als Nora niet snel genoeg luistert, dan doet de Innerlijke Criticus er nog een schepje
bovenop. Je bent een lui monster, je deugt nergens voor. Dwars daar doorheen fluistert de
Gemakzuchtige: Ga lekker zitten, je hebt al zo hard gewerkt. Je verdient het!
Maar lekker zitten is er op deze manier niet bij voor Nora. Er is teveel onrust in haar hoofd.
En ze ziet de vuile ramen. En ze voelt zich een lui monster. Een doodmoe, lui monster.
Ze begint te snappen hoe het in elkaar zit. In haar, of om haar heen, zijn een een heleboel
hulptroepen aanwezig. Sommige zijn handig, zoals de Doorzetter of de Nuchtere. Maar het
kan ook uit de hand gaan lopen en dat is bij haar het geval. De Opjager speelt de baas over
haar en daar wordt ze niet alleen erg moe van, maar ze krijgt er ook een negatief zelfbeeld
door. Ze had totaal geen oog meer voor alles wat ze deed en was er oprecht van overtuigd
dat ze van nature een luilak was.
''Eigenlijk is die Opjager er altijd al geweest'', zegt ze. ''Het lijkt wel of ik mijn moeder hoor.''
Ja, zo ontstaan die stemmen. Ouders, leerkrachten, vriendengroepen, ze beïnvloeden ons
en sturen ons denken en ons gedrag. Zo gaat dat nu eenmaal. Nora heeft via haar moeder
meegekregen dat poetsen en boenen belangrijk is. En dat je, als je daar niet van houdt, een
luilak bent.
''Maar'', zegt Nora, ''Het ís toch ook belangrijk? Ik wil niet dat het een vieze boel wordt.
Daar hou ik ook niet van. Wat dat betreft is die Opjager wel handig. Anders zou ik helemaal
niks meer doen.''
Inderdaad. Die Opjager is best handig. Maar laat hem niet de baas spelen over jezelf. Daar
word je moe van. Want een Opjager, die kan alleen maar opjagen. Die zal geen afwegingen
maken of het wel het geschikte moment is om de ramen te zemen of de was te vouwen.
Afwegingen maken, dat moet je zelf doen.
Om de Opjager beter te leren kennen, pas ik met Nora de methode Voice Dialogue toe. Ik
nodig de Opjager van Nora uit om ergens in de ruimte plaats te nemen - op een andere
plaats dan waar Nora zat - en ga er het gesprek mee aan.
Ik vraag de Opjager wat ze (het blijkt een ''ze'' te zijn) belangrijk vindt en hoelang ze al
actief is bij Nora en of ze dingen anders zou willen.
Nora's Opjager wil net als Nora dat het geen vieze boel wordt. Wat dat betreft zijn ze het
eens. Ze vindt alleen dat Nora te vaak voor andere dingen kiest, dan schoonmaken en
opruimen. En daarom geeft ze haar een zetje. Ze zou het handig vinden als Nora eens wat
vaker zelf het initiatief zou nemen. Dan zou ze minder te doen hebben.
Na dat korte gesprek met de Opjager, gaat Nora weer op haar eigen plek zitten. Ze is
verbaasd. "Die Opjager, die is helemaal niet zo vreselijk als ik dacht'', zegt ze. "'Wel een
beetje onrustig, maar verder gewoon redelijk.''
Maar wat nu?
We zijn nog niet klaar. Ook Nora's Gemakzuchtige wil ik graag spreken. Want die lijkt té
vaak het onderspit te delven.
De Gemakzuchtige lijkt zich zorgen te maken over Nora's drukke leven. ''Ze denkt te weinig
aan zichzelf"', is haar boodschap. ''Ze heeft echt af en toe haar rust nodig."
De Gemakzuchtige klinkt al net zo redelijk en verstandig als de Opjager. Alleen zijn ze nogal
tegenstrijdig in wat ze belangrijk vinden.
Het is aan Nora om te kiezen naar wie ze wil luisteren. Zegt de Opjager wat? Luister ernaar
en maak een afweging of je er naar wilt luisteren. Heeft de Gemakzuchtige een
boodschap? Neem het serieus en vraag je af, welke keus je wilt maken.
Kezues maken, daar draait het om. Laat je niet ringeloren door alle tegenstrijdige stemmen
in je, maar maak zelf je keuzes. Dan heb je geen last meer van je Opjager als je lekker in de
tuin wilt zitten, want die heb je netjes verteld dat je een andere keus hebt gemaakt. Niet
omdat je een luilak bent, maar omdat je op dit moment het belangrijker vindt.